Vakantieschool

In de zomer mocht ik twee weken lang lesgeven op de Vakantieschool in Leeuwarden. Deze school is bedoeld voor kinderen van groep 4 tot en met de brugklas die baat hebben bij extra oefening met leerdoelen, of voor wie zes weken zomervakantie te lang is, omdat ze niet op vakantie kunnen, thuis weinig structuur ervaren, of omdat het daar niet fijn is.

Introductie

Mijn klas bestond voornamelijk uit kinderen die moeite hadden met rekenen, sociaal-emotionele leerdoelen hadden of geen fijne thuissituatie hadden. Op de eerste dag startten we met het samen opstellen van klasregels en besteedden we aandacht aan groepsvorming.
Elke dag daarna zag er anders uit. Er waren workshops, veel buitenspeelmomenten en waterspelletjes. Toch hadden we een vaste kern: elke dag werd er gelezen en voorgelezen, en er was altijd aandacht voor rekenen of dat nu binnen was met spelletjes of buiten met sommenestafettes.

Activiteiten

De kinderen volgden workshops. Ze kregen twee keer een hiphopworkshop en deden mee aan een creatieve workshop waarin ze een verhalenstok maakten.

Naast de workshops werkte ze in de klas aan hun eigen leerdoelen. Dit deden door rekenspelletjes te spelen zoals memory (optellen, aftrekken en splitsen), Kaboom, sommen dobbelen en Halli Galli waren favoriet. We speelden bingo en deden buiten een sommenestafette. Voor taal lazen we verhalen, bespraken die in de klas en voorspelden het einde met tekeningen en korte verhaaltjes en deden we loopdictee. Tijdens deze activiteiten zorgde ik voor differentiatie door kinderen te werken met een circuit voor rekenen. Of door de onderwijsassistent in te zetten om met kinderen samen te lezen.

Talenten

We besteedden  aandacht aan talentontwikkeling. De kinderen ontdekten hun eigen talenten en namen hun persoonlijke schatkistje met hun talenten mee naar huis. Ook kwam de fotograaf langs die een foto makte van de kinderen met hun talent. We werkten met de talenten van Luk Dewulf. We gaven elk kind vijf talenten, door complimenten te koppelen aan gedrag en die te verbinden aan specifieke talenten. Veel kinderen kregen het talent ‘stille helper’ ze hielpen elkaar zonder op de voorgrond te treden. Anderen waren ‘positivo’s’: altijd vrolijk en optimistisch, zelfs als iets minder leuk was.

Samenwerken

Voor het eerst werkte ik intensief samen met een onderwijsassistent. Vooraf bespraken we onze rollen en doelen, en evalueerden we na dag 1 en halverwege de week. We konden open communiceren over wat goed ding in de klas en wat we samen beter konden doen. Bijvoorbeeld als het ging om klassement of welke leerlingen meer/minder begeleiding nodig hadden. Omdat we een aantal leerlingen hadden die veel energie en 1 op 1 nodig hadden hebben we dit ook een beetje kunnen verdelen. Die open communicatie zorgde voor een stabiel leerklimaat voor de kinderen en efficiënte samenwerking.

Ook heb ik veel samengewerkt met de leerkrachten van de andere twee groepen 4. Zo hebben we activiteiten met elkaar gedeeld, samen waterspelletjes gedaan en met ze allen naar de speeltuin geweest. Ook konden we even sparren met elkaar over hoe het ging in de klas. 
Daarnaast heb ik voor een paar leerlingen nou samengewerkt met de jeugdondersteuners over hoe het best omgegaan kon worden met leerlingen en ouders. 

"Ennnn hier een mooi succesverhaal, S die knalt er de ene minsom na de andere eruit. Echt dankbaar dat dat is gelukt..."

 

Moeder S en organisator vakantieschool

Eerste loop: Doe ik het goed?

Tijdens de Vakantieschool werkte ik volgens een visie die draaide om spelend, bewegend, coöperatief leren en het werken met talenten. Hoewel deze aanpak niet door mijzelf gekozen was, voelde het als een natuurlijke match en zie je deze onderwerpen ook terug in mijn persoonlijke praktijk theorie. Ik zag dat de kinderen enthousiast deelnamen, plezier hadden en daadwerkelijk vooruitgang boekten in hun ontwikkeling. De sfeer was positief, de betrokkenheid hoog en het leren betekenisvol. Dat gaf mij als leerkracht veel voldoening: ik kon mijn kwaliteiten inzetten en zag direct resultaat.

Tweede loop: Doe ik het goede?

Wat deze ervaring bijzonder maakte, is dat de visie van de Vakantieschool sterk overeenkomt met mijn persoonlijke praktijktheorie. In mijn ppt staat een holistische benadering van onderwijs centraal, waarin relatie, autonomie en competentie leidend zijn (Ryan & Deci, 2000). De Vakantieschool bood een context waarin deze waarden tot leven kwamen. Door te werken met spelvormen en beweging ontstond een leeromgeving waarin kinderen zich vrij voelden om te ontdekken, samen te werken en fouten te maken.

De positieve effecten van bewegend leren zijn wetenschappelijk onderbouwd. Mullender-Wijnsma et al. (2015) tonen aan dat fysieke activiteit de concentratie en taakgerichtheid verhoogt. Ook coöperatief leren, zoals toegepast in de Vakantieschool, draagt bij aan zowel cognitieve als sociaal-emotionele ontwikkeling (Veenman, 2001). Dewulf (2023) benadrukt dat talent pas tot bloei komt in een passende context—en die context was hier aanwezig. De kinderen konden hun talenten inzetten, ervaren succes en kregen positieve feedback, wat hun zelfbeeld versterkte (Pronk & Busschots, 2020).

Derde loop: Doe ik het om de goede reden(en)?

Mijn motivatie om met enthousiasme deel te nemen aan de Vakantieschool komt voort uit mijn overtuiging dat kinderen leren vanuit verbinding, plezier en vertrouwen. Ik wil dat elk kind zich gezien voelt, dat het mag leren op een manier die bij hem of haar past. De speelse en bewegende aanpak sloot aan bij mijn wens om kinderen te laten ervaren dat leren niet beperkt hoeft te zijn tot stilzitten en werkbladen. Door deze ervaring kon ik mijn waarden en overtuigingen in praktijk brengen, en dat gaf mij energie en bevestiging